30 juni 2013

Verjaring vakantiedagen met ingang van 1 Juli.

 

Op 1 juli verloopt volgens de nieuwe wetgeving de eerste verjaringstermijn van vakantiedagen. Maar wat betekent dat eigenlijk voor jou en je werkgever?
De gemiddelde Nederlandse werknemer heeft achttien vakantiedagen opgespaard. Dit vakantiedagenstuwmeer heeft een waarde van vijftien miljard euro. Om daar een einde aan te maken is op 1 januari 2012 nieuwe wetgeving van kracht geworden. Werknemers mogen hun wettelijke vakantiedagen niet langer vijf jaar opsparen, maar nog maar zes maanden na het jaar dat de dagen werden toegekend. De wettelijke vakantiedagen die zijn opgebouwd vervallen dus zes maanden na het einde van het jaar waarin ze zijn opgebouwd. Dit geldt vanaf 2012 en niet voor eerder opgebouwde rechten (lees hier, hoe de vakantiewet precies werkt).
Afspraken maken
De eerste vervaldatum ligt dus op 1 juli 2013. Niet alle werkgevers en werknemers zijn daarvan op de hoogte en dat kan ertoe leiden dat het doel van de wijzigingen van de vakantiewetgeving niet wordt bereikt. Dat stelt Elly Huijs, arbeidsjurist bij BW7 Arbeidsjuristen voor Ondernemers. 'De belangrijkste reden om de verjaringstermijn van wettelijke dagen terug te dringen is dat de veiligheid en gezondheid van werknemers in gevaar kunnen komen, wanneer werknemers onvoldoende gebruik maken van hun vakantiedagen. Maar ook omdat vakantiedagen jaarlijks
duurder worden, is het voor werkgevers van belang de opname van vakantiedagen te stimuleren', aldus Huijs. 'Omdat op grond van de nieuwe vakantiewetgeving de eerste wettelijke vakantiedagen per 1 juli 2013 vervallen, is dit hét moment om na te gaan om welke vakantiedagen het gaat, om vervolgens afspraken te maken over de opname van vakantiedagen.'
Wat moet de werkgever doen?
De werkgever moet de werknemer ieder jaar in de gelegenheid stellen om in ieder geval de minimale vakantie op te nemen. De zeggenschap van de werknemer over de vaststelling van de aaneengesloten vakantie is vergroot om ervoor te zorgen dat de werkgever niet kan voorkomen dat de werknemer zijn dagen opneemt. De tijdstippen van aanvang en einde van de vakantie stelt de werkgever namelijk vast overeenkomstig de wensen van de werknemer. Alleen als er gewichtige bedrijfsbelangen zijn, mag de werkgever aan de wensen van de werknemer voorbijgegaan. Kan het de werknemer niet schelen wanneer hij vakantie geniet, dan heeft de werkgever de vrijheid om zelf een vakantie vast te stellen.

Schriftelijk doorgeven
Werknemers moeten hun vakantiewensen schriftelijk doorgeven aan de werkgever. Wanneer de werkgever niet binnen twee weken schriftelijk gewichtige redenen tegen de aanvraag aanvoert, dan is de vakantie vastgesteld overeenkomstig de wens van de werknemer.

Bovenwettelijke dagen
De vervaltermijn van een half jaar geldt overigens niet voor de bovenwettelijke vakantiedagen. Deze blijven gewoon staan. Het is daarom zaak een goede administratie bij te houden van wettelijke en bovenwettelijke vakantiedagen. In cao’s kan overigens worden afgesproken dat wettelijke vakantiedagen langer geldig blijven.

Bron: pwdegids.nl

14 mei 2013

Op het werk ..... elkaar aanspreken op irritaties?!


Zo vertelde een relatie van mij. Ze heeft het over twee teammanagers die intensief met elkaar moeten samenwerken, of op zijn minst hun teamleden moeten aansturen om effectief samen te werken met de collega’s van het andere team.
Als ik met de beide teammanagers in gesprek ga, blijkt hun ‘onenigheid’ al zeker zo’n 2 jaar oud. Ze kunnen individueel nog allerlei momenten aanhalen vanuit het afgelopen jaar waarbij de ene de ander gegriefd of geïrriteerd heeft. ‘Jij haalt mij iedere keer onderuit’ zegt Jaap en Peter weet te melden dat hij niet begrijpt ‘waarom Jaap niet meer eisen aan zijn mensen stelt’.

Al luisterend kan ik me gemakkelijk verplaatsen in de standpunten en gevoelens van allebei. Als je met wat afstand kijkt kun je zien en merken dat hier twee behoorlijk verschillende karakters zitten met de daaruit voortkomende andere stijl van werken, van problemen aanpakken en ook van managen en medewerkers aansturen.
Ik ben erbij gehaald om te bemiddelen en ervoor te zorgen als extern gespreksleider dat zij er met z’n tweeën uitkomen, om op deze manier de knelpunten op te lossen die zij op hun bordje hebben liggen. Echter terugkomende irritaties en kleine aanvaringen hebben de basis om effectief met elkaar samen te werken behoorlijk ‘aangevreten’.
‘Afwezige heelmeesters zorgen voor stinkende wonden’ is een verbasterd spreekwoord dat hier helemaal op zijn plaats is.
Irritaties of fricties in de samenwerking en communicatie die niet worden uitgesproken en niet worden aangepakt of opgelost etteren gemakkelijk verder. Ik besef dat het verhaal er niet smakelijker op wordt, maar het is nu eenmaal zo dat kleine kwetsuren verzorging en aandacht nodig hebben, om ervoor te zorgen dat ze genezen.

Irritaties in de samenwerking en communicatie! Wegkijken of aanpakken?

Hoe kan het nu dat managers, maar ook de desbetreffende medewerkers gemakkelijk wegkijken als het gaat om het vroegtijdig signaleren en benoemen van samenwerkings-strubbels?
Daar zijn 3 mogelijke oorzaken voor aan te wijzen:
1. Men denkt dat het zo’n vaart niet loopt en dat we toch ‘als volwassenen met elkaar om kunnen gaan’, dus ‘dat lost zich vanzelf wel weer op’;
2. Er is onvoldoende sensitiviteit bij met name de manager om dit soort samenwerkingsperikelen vroegtijdig aan te voelen of op te merken;
3. Men weet niet wat men ermee aan moet, dus steekt de kop liever in het zand.
Alhoewel alle redenen verklaarbaar zijn leiden ze tot een weinig slimme handelwijze, namelijk niets doen en negeren.
Er is al veel winst te boeken door de irritaties, de wrevel of de ‘vinnige meningsverschillen’ te benoemen en te verwoorden naar elkaar toe. Zeker als dit in een vroegtijdig stadium gebeurt en zaken nog niet verder opgelopen zijn. De manager heeft hierin een signalerende en stimulerende rol. En als hij /zij dit niet kan of zich hierin ongemakkelijk voelt: zoek dan iemand anders die dit vóór jou kan doen. Dat is een effectieve en professionele aanpak.
En er is een grote kans dat vroegtijdig aanpakken voorkomt dat zaken escaleren, uit de hand lopen en daardoor (later) meestal veel energie en ook geld gaan kosten. Succes!
Bron : Geschreven door Sonja Scholts

12 mei 2013

Slimme tips voor thuiswerken


Zo de eerste vrije dagen zitten erop maar bijvoorbeeld de woensdag voor koningsdag heb ik me weer lekker geïrriteerd in de file!!


Het kost zoveel tijd en energie. Daarom de volgende voorbeelden van het nieuwe werken.
We raken steeds meer overtuigd van de voordelen van deze moderne werkstijl. Thuiswerken levert immers positieve resultaten op: geen tijdverspilling in de files, hogere productiviteit, een betere balans tussen werk en privé.
Toch zijn er ook knelpunten voor thuiswerkers, want de grens tussen privé en werk is heel vaag.

1.  Maak een duidelijke scheiding tussen privé en werk

De grote valkuil bij het thuiswerken, is dat de grens tussen privé en werk vervaagt. Je gaat de gewonnen filetijd invullen met huishoudelijke taken of met een bezoek aan de dokter of met een boodschap… Wie thuiswerkt, moet de grens tussen privé en werk goed bewaken, anders kan je productiviteit dalen, of moet je ’s avonds langer doorwerken om je werk gedaan te krijgen, en dat kan niet de bedoeling zijn. Zorg ook dat je werk niet verstoord wordt door privézaken, en omgekeerd.
  1. Maak een goede planning en volg een strak werkschema
Goed plannen en een strak werkschema volgen, is de boodschap. De verleidingen voor wie thuiswerkt zijn immers groter dan voor wie op kantoor werkt: er zijn geen collega’s, er is geen ‘controle’… Dus: maak een goede planning en probeer je daaraan te houden. Zo kun je ook vermijden dat je (systematisch) overuren zit te maken, wat ook niet de bedoeling is van thuiswerken.
  1. Laat je pyjama in de kast
Kleed je alsof je naar kantoor gaat. Dat maakt mentaal een heel verschil: zo maak je makkelijker de mentale klik tussen thuis en werk. Dus: wie thuiswerkt, laat zijn pyjama in de kast…
  1. Creëer een prettige werkplek
Creëer een prettige en inspirerende werkplek. Zorg dat je je er goed voelt en dat je er graag bent. Wie zich goed voelt in zijn thuiskantoor, heeft ook minder redenen om die werkplek te verlaten en afleidingen te gaan zoeken elders in huis. Bij voorkeur heb je een ruimte die je exclusief voor het werk reserveert. Richt je werkplek ook in zoals een echt kantoor, met een stevig bureau, een comfortabele bureaustoel, goede verlichting, een up-to-date uitrusting.
  1. Houd alle bureauspullen binnen handbereik
Deze tip is op elke werkplek van toepassing, maar in het bijzonder voor thuiswerkers. Wat een tijdverlies of afleiding als je de nietmachine tussen het speelgoed van je kinderen moet gaan zoeken, of steeds je bureau moet verlaten als de telefoon gaat. Dus: zorg voor een nette werkplek waar je alle bureauspullen binnen handbereik hebt.
  1. Maak goede en duidelijke afspraken met je huisgenoten over:
Je werktijden: hoe lang werk je? Wanneer neem je pauze?
Wat je nodig hebt om goed te kunnen werken: mogen je huisgenoten je storen? Wanneer mogen ze storen?
Vraag ook aan je huisgenoten om die afspraken te respecteren. Uiteraard kun je pauze nemen samen met je huisgenoten, of samen met hen eten; daar heeft iedereen wat aan en voor jou is het een leuke onderbreking van het werk.
  1. Maak goede afspraken met familie en vrienden
De verleiding is groot voor familie of vrienden om even bij je langs te komen ‘omdat je toch thuis bent’. Dat zijn afleidingen die je moet vermijden, want het knabbelt aan je werktijd en voor je het weet zit jij nog te werken terwijl de anderen allang hun werkdag beëindigd hebben. Trek vanaf het begin grenzen en maak goede afspraken met je omgeving. En zit tijdens de kantooruren zelf ook niet met vrienden of vriendinnen te bellen of te sms’en.
  1. Houd je aan de routine van kantoor
Werk thuis zoals je op kantoor werkt: volg de dagindeling van kantoor. Je werkt, neemt pauze, werkt weer verder, gaat lunchen… Je zult zien dat je op die manier thuis heel wat werk kunt verzetten en heel productief zult zijn. Het leuke aan thuiswerk is dat je tijdens uw pauzes even de krant kunt lezen of de planten water kunt geven of een ommetje in de tuin kunt maken.
  1. Geniet!
Geniet op je thuiswerkdag van het feit dat je die dag niet in de file hebt moeten staan!